Na de aanslagen in Parijs voelen veel moslims zich onveiliger en zijn er veel incidenten van islamofobie. Sinds 2013 is Al Nisa betrokken bij het IMAN-project, een Europees project waarbij in acht Europese landen NGO’s samenwerken om incidenten van islamofobie te registreren.
Sandra Doevendans: Ik ben de afgelopen tijd naar verschillende bijeenkomsten geweest in binnen- en buitenland. Daar heb ik gesproken met vertegenwoordigers van verschillende NGO’s, veiligheidsinstanties en organisaties die zich bezighouden met islamofobie. In de Europese landen zie je dat er verschillen zijn, maar ook overeenkomsten. Zo zie je dat islamofobie vaak bij vrouwen voorkomt, ook omdat die vaak zichtbaar moslim zijn. De conclusie van alle mensen die ik sprak, is wel dat we dit als gemeenschap veel beter onder de aandacht moeten brengen.
Islamofobie is een relatief nieuw begrip. Dit betekent dat we er zelf voor moeten zorgen dat het wordt opgepakt door de politiek. Daarom zet Al Nisa zich in om met andere organisaties de kar te trekken. En daarom is Al Nisa al een tijd bezig om mensen op te roepen om melding te doen bij Al Nisa of een van de andere partners in Nederland. Een probleem waar we gezamenlijk tegen aanlopen, is namelijk dat moslims niet vaak melding doen via een registratiesysteem. In Nederland zijn er wel veel meldingen gedaan via de Facebookpagina ‘Meld islamofobie’. Dat is erg goed en het is ook veilig; het wordt op Facebook gezet en daarna verdwijnt het in de tijdlijn. Maar op basis van het registratiesysteem waar Al Nisa mee werkt, in samenwerking dus met andere organisatie in binnen- en buitenland, kunnen we professionele rapporten uitbrengen. Daarmee kunnen we weer de politiek, de politie en andere instanties benaderen, in de hoop dat zij kunnen helpen om islamofobie tegen te gaan. Zonder data gaat namelijk niemand voor je lopen. Wij moeten als moslims samenwerken en het systeem gebruiken om islamofobie op hetzelfde niveau te krijgen als antisemitische en homofobie.
Hoe werkt het systeem? Mensen kunnen ons mailen via islamofobie@alnisa.nl. Daarna wordt er contact met je opgenomen. De melding kan anoniem gedaan worden, maar we zullen wel telefonisch het een en ander met je doornemen. Binnen het systeem kunnen we alles specificeren, zodat er ook duidelijke cijfers uitkomen bijvoorbeeld: geweld, hatespeech of een andere vorm van islamofobie. We hebben namelijk gemerkt dat vaak mensen denken dat islamofobie alleen speelt als er fysiek geweld is. Al Nisa definieert islamofobie daarom als: ‘Discriminatie of geweld jegens iemand omdat de ander denkt dat je moslim bent’. Na het invoeren van de melding zullen we je bijstaan bij de verdere stappen die je kunt en wilt nemen. Dit betekent dat we je kunnen doorverwijzen naar een van onze samenwerkingspartners, waaronder juristen.
Omdat we merkten dat mensen schuw zijn om melding te doen en soms ook niet weten wanneer iets islamofobie is, maakt Al Nisa een documentaire. Hiervoor werken we onder andere samen met Maaike Broos (zie het interview met haar in dit Magazine). Hierbij is het belangrijk om mensen te laten zien dat moslims hier gewoon horen als Nederlanders. Daarnaast willen we laten zien waar je als moslim soms mee te maken hebt. De documentaire zal in april in première gaan in Amsterdam. Daarna zullen er door het hele land twaalf filmvertoningen zijn met discussieavonden, omdat wij vinden dat we met elkaar in gesprek moeten over waar we naartoe willen als maatschappij.
Wees niet bang en laten we samen dit probleem aanpakken en oplossen. Laten we niet meer stil zijn en juist onze stem laten horen om ervoor te zorgen dat er serieus mee omgegaan wordt.
Laat een reactie achter
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.